Kerstmisbode voor Wittevrouwen

In 1928 kwam er al een soort wijkkrant uit met sinterklaas en kerst, en misschien wel vaker. Een exemplaar van die krant kwam tevoorschijn bij de verbouwing van een zolder in de Bekkerstraat. Deze ‘Kerstmisbode voor Wittevrouwen’ biedt een uniek inkijkje in de kerst van het Wittevrouwen van 89 jaar geleden.

Uw kachel lacht

De krant ziet er behoorlijk anders uit dan de huidige wijkkrant. De voorpagina en het tweede blad bestaan alleen uit advertenties. Op pagina 3 en 4 staat een klein redactioneel stukje tussen de in totaal 34 advertenties. De Kerstmisbode roept op: ‘De in dit blad voorkomende winkeliers noodigen U uit tot bezichtiging hunner étalages en bezoek aan hun winkels.’ De meeste advertenties zijn van winkels uit de Goede- en Gildstraat (ieder zes). Dan volgt de  Poortstraat met vier, de Grift- en Biltstraat (drie) en de Kapelstraat (twee). De Alexander Numankade en de Zandhofse-, Bollenhofse-, Ooft-, Bekker- en Krijtstraat leveren ieder één advertentie aan. Twee hebben een bijzonder adres. Brandstoffenhandel Ligschip Paulina bij de Wittevrouwenbrug laat weten: ‘Uw kachel lacht met roode gloed/Als U er onze anthraciet in doet.’ En bij J. van Buuren en Zonen kunnen wijkbewoners voor hun hazen- en konijnenvellen ‘de hoogste waarde’ ontvangen. In een p.s. meldt men: ‘Rijdt dagelijks met paard en wagen door buurt Wittevrouwen.’ Er is nóg een advertentie voor de velletjes; in die tijd werd het konijn vooral om zijn vlees gefokt. Pas na de Tweede Wereldoorlog raakt het konijn in opmars als huisdier.

Gemoltonneerde directoirs

De verwoording van de advertenties is een waar feest. De spelling is gedateerd: lidwoorden zijn verbogen (in den stoel), de o en e zijn dubbel aan het einde van open lettergrepen (heeren, sloopen) en er staat een ch bij veel woorden op -s (vleesch, glazenwasscherij). De minister van onderwijs, Marchant, veranderde de spelling in 1934. Veel adverteerders stellen billijke prijzen te hanteren: ‘vergelijkt prijs en afwerking onzer meubelen met die der stadsconcurrenten’ en eindigen hun advertentie met ‘beleefd aanbevelend’. Met kerst zijn net zoals nu rode tulpen, hulst met bessen en kerstbomen populair, maar men verkoopt ook sneeuw per pak, voor 7 cent. Er is een ‘groote keuze aan Kerstgeschenken’, waarbij vooral de heren verwend worden met vesten met en zonder mouwen, zelfbinders (strikjes), dassen met ‘banden met schild’, slobkousen en moderne ruit cachené’s (een cache-nez ofwel een halsdoek tot over de neus). Voor de dames zijn er bij Bronswijk-Smit aan de Goedestraat gemoltonneerde directoirs (onderbroeken) vanaf 88 cent en dito onderjurken. Ook biedt deze manufacturenwinkel deux pièces – mantelpakjes – voor meisjes en zuiver wollen pakjes voor jongens.

De groenten- of melkzaak adverteerde niet in de Kerstmisbode, het krantje mikt duidelijk op wijkbewoners die zich wat kunnen permitteren. De beurskrach was het jaar later, in 1929, maar in Nederland waren de effecten daarvan pas merkbaar in 1931. De vijf adverterende slagers verwachten met kerst een goede afname van runder- of varkenslappen, rolpens, rookworst en hoofdkaas (zult). Het loont goed te rekenen, want schoenmakerij J. v.d. Brul laat in een forse advertentie op de voorpagina weten dat de reparatie van herenzolen en -hakken in 1914 f 1,49 bedroeg tegen f 2,10 nu. Hij verzekert: ‘Vergelijk nu uw inkomen bij 1914 en heden, en U zult overtuigd zijn van onze billijke prijzen.’ Op pagina 3 echter biedt J. Slot de reparatie aan voor f1,90 en op de achterpagina doet J.W. Versteeg daar nog eens dertig cent af.

Eén houdt dapper stand …

Op de website van Schoenmakerij Van den Brul staat met trots vermeld: ‘Onze schoenmakerij is een begrip in Utrecht, begonnen in de Kapelstraat in 1910, we bestaan al meer dan 100 jaar.’ Inmiddels werkt de vierde generatie aan de Nachtegaalstraat en is er een tweede zaak aan de Roelantdreef. Van de 34 winkels uit de Kerstmisbode is er maar één overgebleven in de wijk. Op de tweede pagina adverteert Electrische Brood- en Banketbakkerij H. Kemink met ‘Kerstkransen, Appelbeignets, Sneeuwballen en Saucijzebroodjes. Alles van uitsluitend prima grondstoffen.’ Op hetzelfde adres in de Poortstraat bakte later bakker Broer en in 1969 nam bakker Verhoeff de zaak over. Eén dappere zaak uit de Kerstmisbode hield dus stand in onze wijk. Bij een rondgang langs alle adverterende winkels blijken vele inmiddels woonhuizen, al is de vroegere functie vaak nog duidelijk herkenbaar. Uit de hoeveelheid grote raampartijen blijkt dat er wel ongelooflijk veel winkels in Wittevrouwen zijn geweest. 

Grauwen tijd

Onder de kop Kerstfeest-Nieuwjaar trapt het redactionele stukje af met een enorm lange en bijzinrijke frase waarin gereflecteerd wordt op de tijd van het jaar. Die is niet aangenaam, maar ‘vergete men niet de groote vreugde en pret die door jong en oud wordt genoten op de ijsbanen. Weer andere menschen zien reikhalzend uit naar de in deze grauwen tijd vallende feestdagen om ouders of familieleden te bezoeken, en de Oudejaarsavond en Nieuwjaarsdag in het ouderlijk huis door te brengen.’ Vrienden speelden daarbij kennelijk nog geen rol. Het stukje beschrijft het grote genoegen van een kerstboom in de huiskamer en hoe gezellig het is naar de lichtjes te turen en te luisteren naar kerstliederen, onder het genot van melkchocolade en krentenbroodjes. Daarna worden kerstpakketten uitgereikt, die uit nuttige winterartikelen dienen te bestaan en ‘een geheel ander cachet dragen dan St. Nicolaas-cadeaux.’ Vanzelfsprekend kunnen de wijkbewoners daarvoor ruim terecht bij de leveranciers uit de Kerstmisbode. Het stukje rondt fraai af: ‘Zoo zien wij dan ook dat, hoe somber deze tijd veelal is, zij ook nog haar aangename zijde heeft.’ En zo is het, ook in 2017.